VMR blokje




Kennis­netwerk voor milieu-, water- en natuur­beschermings­recht 

Visserij graaft eigen graf

Geplaatst op 04-10-2022  -  Categorie: Columns wg Milieucriminaliteit

Voldoende grote visvangsten binnenhalen om de kosten van brandstof, bemanning, afschrijving etc. goed te maken is moeilijk. De huidige saneringsregel voor de visserij is niet voor niks populair: zo’n vijftig schepen hebben zich al aangemeld. Over de langere termijn gezien, zeg honderd jaar, is de voornaamste reden voor teruglopende bedrijfsresultaten het leegvissen van de Noordzee. De vangstcapaciteit is in de afgelopen eeuw grofweg met een factor vijftig gegroeid. Tegelijkertijd zijn de vangsten per visreis met een factor vijftig gedaald. Resultaat is dat nog zo’n twee procent van de grotere vissen over is. Het is niet meer voor te stellen hoe rijk aan vis de Noordzee voor de tweede wereldoorlog was.

Door de sterk geslonken visbestanden is het hard werken om nog iets binnen te halen. Dat gebeurt vaak op illegale wijze, zo is te lezen in het vorige maand verschenen rapport naar visfraude ‘De visketen in beeld’ van toezichthouder NVWA. Denk aan een te groot motorvermogen, het verkopen van ondermaatse vis en veelvuldig gebruik van te kleine maaswijdte.

Dit laatste laat een onderzoek zien dat ik samen met een collega van de University of Reading heb uitgevoerd (Naleving van maaswijdte-regulering in de tongvisserij, samenvatting door Ben Vollaard van het onderzoek, Universiteit Tilburg en University of Reading). Daarin werken we een manier uit om verborgen frauduleus gedrag van vissers op te sporen, zonder deze met een inspectie daadwerkelijk te constateren. Dit is een belangrijke stap, omdat een inspectie op zee niet eenvoudig is, zelden hard bewijs van een overtreding oplevert en bovendien in de regel al voorzien wordt. We laten zien dat in weken zonder inzet van het inspectieschip de Barend Biesheuvel het aandeel kleine vis in de vangst gemiddeld genomen hoger ligt dan in daaraan voorafgaande of opeenvolgende weken met inzet. Vissers op tong verraden hiermee hun illegale praktijken: geen toezicht betekent kleinere mazen en daarmee meer kleine vis. De omvang van het geschatte effect suggereert dat een substantieel deel van de vloot zich hieraan schuldig maakt.

De kleine mazen zorgen er voor dat grotere vissen niet ontsnappen, maar ook dat de vangst van onverkoopbare, ondermaatse tong sterk toeneemt. Die gaat goeddeels dood weer over boord. De extra vangst van het aantal ondermaatse tong door deze vorm van fraude is naar schatting zeven keer groter dan de extra vangst van het aantal maatse tong. Voor schol gaat het om bijna twintig keer meer ondermaatse vis. Al deze vissen kunnen niet doorgroeien tot een leeftijd waarop ze kunnen zorgen voor nageslacht en legaal op de markt zijn te verkopen. Dat is natuurlijk desastreus. De visserij graaft hiermee zijn eigen graf. De druk om het onderste uit de kan te halen neemt hierdoor nog verder toe. Fraude leidt dus tot nog meer fraude. Totdat er niemand meer aan de visserij kan verdienen.

Later deze maand volgt een beleidsreactie van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op het NVWA-rapport. Vervolgens komt het in de Tweede Kamer aan de orde. Misschien dat er maatregelen komen om het gebrek aan toezicht op zee te verkleinen. Zonder toezicht zijn de regels tandeloos. Elektronische monitoring zou hierbij kunnen helpen. Dit zou ook in het belang van de vissers als groep zijn. Het zou natuurlijk ook goed nieuws zijn voor de vissers die zich wel aan de regels houden.

Ben Vollaard

Tilburg School of Economics and Management

Lid van de VMR Werkgroep Milieucriminaliteit